Nijmegen, 27 januari 2023
Beste mensen,
Ik ben blij dat er stichtingen zijn als de Burgemeester Dales Lezing die artikel 1 van onze Grondwet levend houdt. Organisaties als deze hebben wij hard nodig. De laatste enquête naar onze geringe kennis over de Holocaust drukt ons met de neus op de feiten: onze samenleving heeft leiders nodig die ons vertellen hoe discriminatie ons blind maakt voor verschrikkingen. Leiders die ons vorming bieden, de vorming die de Engelsen Education noemen en de Duitsers Bildung.
Juist nu ligt op de schouders van ‘Ons Soort Mensen’ de belangrijke taak om artikel 1 te laten doorklinken in onze manier van leven. Dit gaat verder dan de strafbepalingen uit de wet, het gaat om de slagader van onze beschaving, de adem van onze moraal en ethiek.
Dus goedenavond vrienden van de stichting, hier zijn wij dan bij elkaar!
Ik wil vanavond met u stilstaan bij de tragiek van discriminatie. Bij de trauma’s en bij wat te winnen valt, als wij het juiste doen. Ik hoop dat wij straks gesterkt naar buiten gaan.
Voorafgaand aan de Ien Daleslezing organiseert de stichting altijd een schoolgesprek. De leerling-automonteurs hadden zich vanmiddag terdege voorbereid. Op het spel staat hun toekomst en de studenten maken zich zorgen. Op het ROC werken zij toe naar hun stage, maar vragen zich af of zij die zullen vinden, ook als zij Samira of Yüksel heten. En piekeren of zij daarna de baan zullen vinden waar zij zich waar kunnen maken.
Wat hebben zij aan al hun kennis als nergens plek is om die waar te maken. De gesloten deuren van de discriminatie brengt hen in grote problemen met levenslange gevolgen voor hun opleiding, werken en wonen. Ik heb met heel wat afgewezen studenten de gang gemaakt naar het politiebureau, want discrimineren is strafbaar.
Maar erger nog is het diep existentieel verdriet dat daaronder gaat liggen, de vraag: ‘Mag ik er wel zijn?’ Ik zag dat ook naar boven komen bij de excuses voor de slavernij. Toen ik samen met onze jongeren van Arnhem-Oost de tv aanzette voor de persconferentie van de premier, lieten zij zien hoe de trauma’s doorwerken van generatie op generatie. Elke migrant zal het verdriet herkennen. Ik herkende het ook.
Je invechten, was lang het devies in de geest van de zelfredzaamheid. Dat is goed, maar het is niet eerlijk als wij de faciliteiten die daarbij horen, weglaten.
Dat is het wat wij begrijpen moeten, als Spinoza zegt: ‘Laten wij elkaar begrijpen, niet veroordelen’. En Tutu vertelt dat het niet mag blijven bij ‘begrijpen’, wat wij ermee doen moeten is berouw tonen, excuses vragen en de gevolgen gaan herstellen. Dat was ook de les voor de premier: excuses aanbieden is niet de afronding, het is het begin.
En dan kan alles. Zoals Lech Walesa als gewone havenarbeider zijn Poolse landgenoten kon leiden uit de Oostblok-dictatuur, zo kunnen ook wij gewone mensenkinderen van wezenlijke betekenis zijn voor onze omgeving. Als wij leren en hard werken. Mits wij dan ook de mogelijkheden krijgen om ons inderdaad waar te maken. Niet bij wijze van uitzondering, maar bij gewone wet en regel. Omdat het goed om voor elkaar op te komen.
Beste mensen,
Discriminatie bestrijden is een kwestie van leven en dood. Ik weet het sinds ik als politieagent de stilte beschermde voor de doden bij de 4 mei-herdenkingen,jaren voor ik de deelnemers toesprak als volksvertegenwoordiger en nu als burgervader. Discriminatie is vernietigend; de Marokkaanse mannen uit Nieuw-West wisten het ook, toen zij huilend terugkwamen uit Auschwitz, totaal ontdaan door de confrontatie met hoe de Joden zijn vernietigd. Uitsluitend vanwege hun afkomst. De Marokkaanse Amsterdammers voelden dit na, zij herkenden hoe hun eigen ouders gediscrimineerd werden in Marokko en hoe zij zelf in Nederland als groep werden gekleineerd. En misschien ook wel hoe wij zelf de bejegening die wij kregen doorgeven aan volgende generaties, als we niet opletten. Ik zie ons nog staan naast de imam achter de gebroken spiegels in het Amsterdamse Wertheimpark, waar ook komende zondag de jaarlijkse nationale holocaustherdenking weer plaatsvindt.
Het schrikbarende gebrek aan kennis over de Holocaust speelt vooral in de regio’s, is mijn inschatting. Daar waar geen Joden meer zijn, bestaat grote kans dat ook de kennis verdwijnt.
Daarom trekken wij met onze leerlingen Arnhem in, op zoek naar de woningen waar ruim tweeduizend Joodse Arnhemmers woonden met hun families, tot zij werden weggevoerd naar de vernietigingskampen; of vluchtten in de onderduik. Ik zin nu ook op excursies voor ouders en opvoeders naar Vugt, Westerbork en het Anne Frankhuis, samen met de scholen.
Racisme heeft de samenleving blind gemaakt voor onvoorstelbare verschrikkingen als suïcides en slavernij. Dat kan alleen als wij mensen ontdoen van hun menselijkheid, reduceren tot nummers op hun arm of in de boekhouding. Discriminatie is mensen ontdoen van hun persoonlijkheid en dat is het wat leidt tot verblinding voor het leed – dat is de tragiek van discriminatie.
Ontmenselijking gaat een stuk gemakkelijker voor wie van jongs af dagelijks is groot gebracht met het idee dat ‘ons soort mensen’ intelligenter, mooier of moreler zijn dan andere mensen.
Foute boel, dit superioriteitsgevoel. Waar dehumanisering de helper is van discriminatie, is superioriteit het voer van de ronselaar die mensen werft die zondebokken aanwijzen. Waar onze overheid tekortschiet bij de verdeling van de schaarste, waar onze instanties de miskende Nederlanders vergeten in de verwaarloosde wijken, daar komen de complotdenkers op af, die zeggen: ‘jullie echte Nederlanders zijn beter; en toch zijn jullie arm, kouwelijk en ziek. Daar hebben wij een verklaring voor: de vreemdelingen. De overheid geeft hen de woningen, banen en budgetten.’ De asielzoekers en migrantenkinderen zijn zondebokken van nu.
Het idee superieur te zijn, is zo alomtegenwoordig als ‘water’ is voor de vis. In de opvoeding komt dat superiteitsidee aansluipen, als dagelijkse boodschap: ‘wij zijn anders, wij zijn beter’.
Je zou bijna denken aan een natuurwet. Maar nee – niet bij ons allen. En nee, het is geen natuur; het is opvoeding – aangeleerd, dus wij kunnen dit ook afleren. Door andere dingen aan te leren, zoals solidariteit. Om zo over superioriteit heen te groeien, zoals struiken groeien over een olifantenpaadje dat wij niet langer gebruiken. Wij maken een ander pad, hoe mooi is dat!
Want de tragiek van discriminatie is dat wie gediscrimineerd wordt, zich verstopt. Wie in de kast kruipt, kan zich niet meer waarmaken. En ook voor ons als samenleving gaat hun bijdrage verloren.
Mijn hele leven die ik dit al gebeuren.
Als stadsdeelvoorzitter ben ik benaderd door wanhopige homo’s die zich verschansten in hun eigen huis en via de spionnetjes aan het raam uitkeken naar het moment waarop zij even naar buiten konden voor de boodschappen. En dan toch nog in hun nek werden gespuugd.
Ook veel jonge moslims zijn ten einde raad. Vaak hebben zij alles gedaan wat werd gevraagd, alle diploma’s zijn behaald, het cv is opgebouwd met vrijwilligerswerk en tijdrovende projecten, hun resultaten zijn prima en zij willen zich gaan bewijzen in hun werk – maar hoe dan, als zij de baan niet krijgen?
Tenzij zij zich verschuilen achter namen als Joris en Marieke, dan gaan de deuren open. En als dan hun kwaliteiten toch gezien worden, worden ze vrijwel altijd beschouwd als toevalstreffers; de uitzonderingen op de regel. Op die manier kunnen wij nog heel lang vasthouden aan onze vooroordelen. Dat is wat verblinding doet.
Erger nog wordt het als mensen zelf ook blind worden. Dat zij gaan geloven hoe zij worden bekeken. Dan kruipt de discriminatie onder hun huid, hun eigen ziel in. Ik zie hoe dit gebeurt met homoseksuele moslims die verdwijnen in drugs. Als iedereen hun eigenheid negeert, vergeten zij zelf ook wie zij zijn. Als hun familie hen de deur wijst, verliezen zij ook zichzelf.
En soms ontploffen zij. In Orlando schoot Omar Mateen in homoclub Pulse vijftig homo’s, lesbiennes, biseksuelen en transgenders dood, inclusief zichzelf. Als ik zeg dat discriminatie een zaak is van leven op dood, bedoel ik dat ook letterlijk.
Hoezeer discriminatie de mensen gevangen zet en beklemt, kunnen wij zien als discriminatie wordt overwonnen.
Dat is wat wij zagen, toen in Qatar het Marokkaanse voetbalelftal won. Overal werd dit gevierd, in heel Marokko, Afrika, het Midden-Oosten en in de diaspora. Met moeders, vaders, zussen en broers. De euforie die wij overal zagen, nare incidenten daargelaten, is de euforie die wij zien bij de Gay Pride. Wij zien de opluchting van ontsnappen, de kast uit. Twintig jaar lang geknuppeld zijn, heeft van verstoppen zo’n ingesleten gewoonte gemaakt, dat zij zich die kast niet eens realiseerden. Tot zij opeens in het licht van de waardering kwamen te staan.
Onverwacht vierden zij opgelucht dat zij bestaan, gezien worden, erkenning krijgen – dat is waarde hebben. Met in hun handen de Marokkaanse vlag die wordt gehanteerd als de Regenboogvlag; dus niet als teken van loyaliteit aan een vreemde natie, maar als expressie van trots, van hoop – teken van eigenwaarde.
Met Marokko als plaats waar je geen buitenbeentje bent, maar normaal bent, waar je opgaat in je omgeving zoals lhbtiq-ers in hun eigen clubleven – dat is veilig zijn.
Ien Dales maakte met haar antidiscriminatiewet Gelijke Behandeling zoveel indruk in Nederland, doordat ze belijdend gelovige was, met dominee Banning als leermeester. Christelijke scholen mochten van haar geen enkele docent meer ontslaan wegens homoseksuele levenswandel. Dat was helemaal niet Christelijk, zei zij.
En evenzo hebben juist ook moslims de opdracht discriminatie te bestrijden, ook de discriminatie van nhomo’s. Daar is een veelzeggende soera voor, waarin de gelovigen hun bijdrage aan de schepping voorgeleefd krijgen door de bij; het kleine diertje dat dag na dag van bloem tot bloem de kostbare honing maakt die de mensen zoveel goed doet.
Het is de filosoof en lenzenslijper Spinoza die mijn blik hierop gericht heeft. Door Spinoza begrijp ik de Koran, heb ik wel eens gezegd onder Spinozaliefhebbers bijeen in De Paradiso. Spinoza liet mij zien dat het Goddelijke in de natuur zit, want alles is geschapen door de schepper naar Zijn evenbeeld. Ook de mens. Dus wie de mens minacht, minacht God.
Hoe het goede te doen aangaande de schepping? Iqra, luidt het eerste gebod – leren als veelomvattende dagelijkse opdracht, ook over de natuurwetten met alle nieuwe toepassingen. Maar leren gebeurt ook met het hart. Artikel 1 werkt als wij de wet begrijpen, de mens begrijpen. Hoe die leeft met de trauma’s van eerdere generaties, verlamd raakt door stress om de aanhoudende armoede, behoefte heeft aan toegang tot eten, drinken, leren, werken en wonen. In Arnhem omringen wij in de wijken de ouders en hun kinderen; thuis, op school en op straat. Met docenten, jongerenwerkers, straatcoaches, wijkagenten en andere opvoeders.
Het ultieme tegengif van discriminatie heet solidariteit. Dat is onze volgende stap vooruit. Dat wij de vrijheid die wij krijgen ook aan anderen gunnen.
Dit is ook wat COC Nijmegen doet bij de Burgemeester Dalesprijs 2023 voor Mariët Mensink.
Mag ik dit zien als een statement, COC Nijmegen? U lauwert een vrijwilliger buiten uw eigen kring voor haar hulp aan vluchtelingen en aan andere drenkelingen die tussen wal en schip vallen. Applaus voor juryvoorzitter Said Bouharrou en COC-voorzitter Sigrid Pillen!
Ja,
- Gun als homo’s uit de grachtengordel de verstoten homo’s discretie richting hun families;
- Gun als homo’s uit migrantenkringen de Nederlandse Joden hun levenswandel, verdedig ze;
- Gun als Nederlandse Joden de afgewezen jongeren de baan, help ze toegang krijgen;
- Steun als afgewezen jongeren de vrouwen in Iran die in de geest van de vermoorde Mahsa Amini voor hun vrijheid vechten;
- Geef als bevrijde vrouwen de vergeten Nederlandse Nederlanders die verhuisd zijn zonder te verhuizen een kans. Leer samen lezen, schrijven, praten en lachen. Get a live!
- En mensen uit de vergeten wijken, laat je geen zondebokken aanpraten.Laten wij allen over ons eigen ego heen stappen en méér doen dan individuen tolereren en verdragen. Laten wij als medemensen elkaar dragen; elkaar zien, opvoeden en optillen.
Laten wij zo het gif van de discriminatie dat onze ogen verblindt onschadelijk maken. Laten wij leren, opnieuw gaan kijken en scherper zien. Laten wij een andere norm vestigen, een betere norm; die van humaniteit en solidariteit – lakmoes van onze beschaving.
Om te spreken met Spinoza: ‘Laten wij elkaar niet veroordelen, maar begrijpen’. En te vervolgen met Tutu: ‘Laten wij gaan herstellen’. Aan het werk!